Fabricage nr. 2

Toets samenvatting

0 of 25 Vragen compleet

Vragen:

Je hebt de toets al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.

Toets is aan het laden…

Je moet inloggen of inschrijven om de toets te starten.

U moet eerst het volgende invullen:

Resultaten

Toets afgerond. Resultaten worden opgeslagen.

Resultaten

0 van de 25 Vragen zijn goed beantwoord

Uw tijd:

Je hebt 0 punten behaald van de 0 punt(en), (0)

Huidig
Kijk na/Sla over
Beantwoord
Goed
Fout

Vraag 1 of 25

1. Vraag
Een kwaliteitssysteem is …..
- A. een handleiding voor kwaliteit.
- B. de bedrijfsorganisatiestructuur om de kwaliteitszorg te kunnen uitvoeren
- C. een systeem dat de productie op tijd laat verlopen.
- D. een handleiding waarin de kwaliteitscontrolefunctie is beschreven.
Goed

Fout
Vraag 2 of 25

2. Vraag
Twee platen van 12 mm dik moeten door middel van een stompe lasverbinding aan elkaar worden gelast. De vervorming zal het kleinst zijn bij toepassing van het lasproces …..
- A. Onder poeder lassen.
- B. MAG-lassen met massieve draad.
- C. MAG-lassen met gevulde draad.
- D. Booglassen met beklede elektroden.
Goed

Fout
Vraag 3 of 25

3. Vraag
Om buiten een cabine te kunnen lassen moet de lasser …..
- A. een gordijn plaatsen om de omgeving tegen straling te beschermen, de kabels beschermen,
- B. de kabels beschermen.
- C. met gelijkstroom lassen.
- D. met wisselstroom lassen
Goed

Fout
Vraag 4 of 25

4. Vraag
Bij het TIG-lassen met een stroomsterkte van 70 A moet men beschermend glas gebruiken met shade-nummer …..
- A. 10 of 11.
- B. 5.
- C. 8.
- D. 15.
Goed

Fout
Vraag 5 of 25

5. Vraag
Een lasser die met acceptabel resultaat een lasserskwalificatieproef EN 9606-1 aflegt door middel van een stompe lasverbinding in de positie H-L045 is …..
- A. niet gekwalificeerd voor neergaand lassen .
- B. gekwalificeerd voor hoeklassen in PG.
- C. ook gekwalificeerd voor het aanbrengen van hoeklassen in AlMg3.
- D. ook gekwalificeerd voor stompe lassen in PG.
Goed

Fout
Vraag 6 of 25

6. Vraag
Met magnetisch onderzoek kan men het volgende ontdekken …..
- A. inwendige onvolkomenheden 20 mm onder het oppervlak.
- B. inwendige onvolkomenheden 15 mm onder het oppervlak.
- C. inwendige onvolkomenheden 10 mm onder het oppervlak.
- D. onvolkomenheden die (nagenoeg) tot in het oppervlak reiken.
Goed

Fout
Vraag 7 of 25

7. Vraag
Het ultrasoon onderzoek heeft de voorkeur boven radiografisch onderzoek in het geval van …..
- A. doorlopende inkartelingen.
- B. scheuren.
- C. slakinsluitingen.
- D. porositeiten.
Goed

Fout
Vraag 8 of 25

8. Vraag
Vier losse platen moeten in een kruisverband aan elkaar worden gelast. (zie afbeelding). De juiste lasvolgorde is …..
- A. A aan C, C aan D, D aan B, B aan A.
- B. A aan B, C aan D, A/B aan C/D.
- C. A aan B, A aan C, C aan D, D aan B.
- D. A aan D, B aan C, A/D aan B/C.
Goed

Fout
Vraag 9 of 25

9. Vraag
Als een lasser in een besloten ruimte moet werken dan moet de volgende voorziening tenminste aanwezig zijn …..
- A. volgelaatmasker.
- B. zuurstof.
- C. stikstof + 80 % lucht.
- D. luchttoevoer met ventilator.
Goed

Fout
Vraag 10 of 25

10. Vraag
De meest belangrijke factor bij het beperken van de laskosten bij het lassen van een zware constructie …..
- A. is de neersmeltsnelheid van het zuivere lasmetaal.
- B. zijn de kosten van de verbruiksmaterialen.
- C. is het volume van het lasmetaal.
- D. zijn de kosten van de tekenkamer.
Goed

Fout
Vraag 11 of 25

11. Vraag
Met welk meetmiddel/meetinstrument kan de voorwarmtemperatuur “contactloos” worden gecontroleerd?
- A. Met een infrarood-meter.
- B. Met een thermokoppel, vervaardigd uit Chromel-Alumel, vastgezet met behulp van een stalen band.
- C. Met tempelsticks.
- D. Met een contactthermometer.
Goed

Fout
Vraag 12 of 25

12. Vraag
Een door een exameninstelling volgens EN 9606-1 verstrekte lasserskwalificatie wordt door dezelfde instelling …..
- A. iedere jaar verlengd.
- B. om de zes maanden verlengd.
- C. iedere twee jaar verlengd.
- D. om de drie maanden verlengd.
Goed

Fout
Vraag 13 of 25

13. Vraag
Wat staat in een pWPS?
- A. De materiaalsoort, het lasproces, de naam van de lasser, het toevoegmateriaal.
- B. De materiaalsoort, de lasnaadvorm, het lasproces, de naam van de klant.
- C. De naam van de lasser, de materiaalsoort, de lasnaadvorm, het toevoegmateriaal.
- D. De specifieke factoren welke van belang zijn voor het realiseren van een goede las bij het behalen van de lasmethode kwalificatie of lasserskwalificatie
Goed

Fout
Vraag 14 of 25

14. Vraag
Welke afdeling(en) is (zijn) verantwoordelijk voor kwaliteit?
- A. Ontwerp.
- B. Methode.
- C. Fabricage.
- D. Alle afdelingen.
Goed

Fout
Vraag 15 of 25

15. Vraag
De norm NEN-EN-ISO 9606-2 beschrijft het kwalificeren van lassers voor het smeltlassen van …..
- A. titaan en zirconium.
- B. chroom-molybdeenstaal.
- C. ongelegeerd staal.
- D. aluminium en aluminiumlegeringen.
Goed

Fout
Vraag 16 of 25

16. Vraag
Fasen bij het kwalificeren van een lasmethode zijn …..
- A. fabriceren, communiceren, realiseren, optimaliseren.
- B. lasinstructie, werkinstructie, proeflas.
- C. bepalen WAT moet worden gekwalificeerd en WIE moet kwalificeren.
- D. opmaken van het "recept", bewijsvoering, goedgekeurd fabricagevoorschrift, afgeleide lasinstructie.
Goed

Fout
Vraag 17 of 25

17. Vraag
Meetinstrumenten worden meestal gebruikt voor het opnemen van …..
- A. stroomsterkte.
- B. voltage.
- C. thermische cycli.
- D. alle genoemde grootheden.
Goed

Fout
Vraag 18 of 25

18. Vraag
Onder kalibreren van test- en meetapparatuur wordt verstaan het …..
- A. prepareren en bekijken ervan.
- B. controleren op de juiste werking ervan.
- C. op juistheid controleren.
- D. op reinheid controleren en vergelijken ervan.
Goed

Fout
Vraag 19 of 25

19. Vraag
Het doel van een reparatieprocedurekwalificatie is …..
- A. de geschiktheid van een reparatie specificatie te verifiëren.
- B. problemen met de klant voorkomen.
- C. de beschadigde delen te herstellen.
- D. het moedermateriaal bij het repareren te kwalificeren.
Goed

Fout
Vraag 20 of 25

20. Vraag
De beschrijving van de factoren die van belang zijn om tot een goede lasverbinding te komen staan vermeld in …..
- A. de lasmethodebeschrijving (WPS) en goedgekeurde door de lasmethodekwalificatie (WPQR)
- B. de lasserskwalificatie (LK)
- C. de lasvolgordebeschrijving (WPS)
- D. de lasmethodekwalificatie volgens EN ISO 15614-2 (WPQR)
Goed

Fout
Vraag 21 of 25

21. Vraag
De controle bij penetrant onderzoek is controle van …..
- A. destructie.
- B. de dichtheid.
- C. de oppervlakte.
- D. de hardheid.
Goed

Fout
Vraag 22 of 25

22. Vraag
De norm EN ISO 15614 beschrijft …..
- A. de lasserskwalificatie en de lasmethodekwalificatie.
- B. het kwaliteitssysteem van de werkplaats.
- C. de lasserskwalificatie.
- D. de lasmethodekwalificatie.
Goed

Fout
Vraag 23 of 25

23. Vraag
Er wordt een lasmethodekwalificatieproef gelast.

Welke onderzoeken moet deze las ondergaan (in de goede volgorde!)?
- A. Visueel onderzoek, radiografisch onderzoek, mechanische beproevingen.
- B. Visueel onderzoek, penetrant onderzoek, lektest, buigproeven.
- C. Radiografisch of ultrasoon onderzoek, kerfslagproeven, macro-onderzoek.
- D. Radiografisch onderzoek, hardheidsonderzoek, macro-onderzoek.
Goed

Fout
Vraag 24 of 25

24. Vraag
Magnetisch onderzoek kan alleen toegepast worden bij …..
- A. austenitisch corrosievast staal.
- B. on- en laaggelegeerd staal.
- C. aluminium en aluminiumlegeringen.
- D. alle metalen.
Goed

Fout
Vraag 25 of 25

25. Vraag
Niet-destructief onderzoek wordt zo genoemd omdat …..
- A. de onderdelen na het onderzoek intact blijven.
- B. ze op alle delen van een fabricagelijn uitgevoerd kunnen worden.
- C. ze de oppervlakteonvolkomenheden waarnemen.
- D. Geen van de genoemde redenen.
Goed

Fout

Demo online “International Welding Technologist (IWT)”

Toets samenvatting

Informatie

Resultaten

Resultaten

Categorieën

1. Vraag

2. Vraag

3. Vraag

4. Vraag

5. Vraag

6. Vraag

7. Vraag

8. Vraag

9. Vraag

10. Vraag

11. Vraag

12. Vraag

13. Vraag

14. Vraag

15. Vraag

16. Vraag

17. Vraag

18. Vraag

19. Vraag

20. Vraag

21. Vraag

22. Vraag

23. Vraag

24. Vraag

25. Vraag